kakklep
(1963) (inf.) klep aan de achterkant van een hansop. • In de ogen van een kind wordt hij niet, eh, zijn kakklep staat niet open. (Merlyn. Jaargang 2. 1963-1964) • Deze bijzonderheid heet niet voor niets in de volksmond de 'kakklep'. De naam 'hansop' komt van een toneelfiguur uit de zeventiende eeuw, die zo'n kledingstuk droeg. (Robert-He...