kaarslicht
kaarslicht - Zelfstandignaamwoord 1. het schijnsel van een brandende kaars Woordherkomst samenstelling van kaars en licht
Wiktionary (2019)
kaarslicht - Zelfstandignaamwoord 1. het schijnsel van een brandende kaars Woordherkomst samenstelling van kaars en licht
Muiswerk Educatief (2017)
kaarslicht - zelfstandig naamwoord uitspraak: kaars-licht 1. licht van een kaars of kaarsen ♢ men zat vroeger 's avonds bij kaarslicht te werken Zelfstandig naamwoord: kaars-licht het kaarslicht
H.L.Kok (2002)
De rol van het kaarslicht in de dodencultuur is onmetelijk. Tientallen geschriften spreken hierover. Het gebruik van kaarsen binnenshuis is vele malen groter geweest dan op kerkhoven. Overal ter wereld en in alle tijden waar duivels, demonen of boze geesten (drie namen voor het kwade) moeten worden geweerd of verdreven, spelen vuur en licht een gro...
Van Dale Uitgevers (1950)
o., 1. het licht van een kaars of van kaarsen: bij kaarslicht werken; 2. brandende kaars; 3. schilderstuk met het lichteffect van een brandende kaars.
Jozef Verschueren (1930)
o. (-en) 1. Eig. licht van een of meer kaarsen : bij zitten schrijven. 2. Metn. schilderstuk dat een tafereel bij kaarslicht voorstelt : een van Dou.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
o., 1. het licht van een kaars of van kaarsen: bij — werken; 2. brandende kaars; 3. schilderstuk met het lichteffect van een brandende kaars.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: