inzage
inzage - Zelfstandignaamwoord 1. dat je iets mag inzien ♢ De vergunningen liggen ter inzage op het stadhuis.
Wiktionary (2019)
inzage - Zelfstandignaamwoord 1. dat je iets mag inzien ♢ De vergunningen liggen ter inzage op het stadhuis.
Muiswerk Educatief (2017)
inzage - zelfstandig naamwoord uitspraak: in-za-ge 1. het bekijken, het inzien ♢ wij vroegen inzage in het kasboek 1. ter inzage hebben [om te bekijken] Zelfstandig naamwoord: ...
Van Dale Uitgevers (1950)
v., het inzien ter kennismaking of kennisneming (van boeken en bescheiden): een boek ter inzage ontvangen; de lijst ligt bij mij ter inzage ; inzage verlenen van de processtukken.
M. J. Koenen's (1937)
v. (daad van inzien, alleen in vaste verbindingen); ter inzage liggen, om kennis van de inhoud te nemen; inzage krijgen; inzage verlenen, geven, b.v. van processtukken; bij, na inzage.
Jozef Verschueren (1930)
('inza:gə) v. het inzien ; een boek ter medenenemen; ter liggen; iemand van iets geven, verlenen, verschaffen ; van iets krijgen, nemen ; bij, na ervan.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
v./m., het inzien ter kennismaking of kennisneming (van boeken en bescheiden): een boek ter ontvangen; de lijst ligt bij mij ter—; — verlenen van de processtukken.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: