Invaliditeit
v., 1. ongeschiktheid voor verdere dienst of arbeid door gebrekkig- of verminktheid : verzekering togen invaliditeit', 2. ongeldigheid.
Van Dale Uitgevers (1950)
v., 1. ongeschiktheid voor verdere dienst of arbeid door gebrekkig- of verminktheid : verzekering togen invaliditeit', 2. ongeldigheid.
Wiktionary (2019)
invaliditeit - Zelfstandignaamwoord 1. (medisch) een blijvend lichamelijk of geestelijk gebrek hebben ♢ Het gaat om artimisinine tegen malaria en ivermectine tegen worminfectie. De middelen zijn op grote schaal ingezet in de strijd tegen parasitaire infecties. De grote bijdrage van deze middelen is niet allee...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. (1954)
de mate van een verminderde arbeidsgeschiktheid. Het is soms moeilijk het verband met een opgegeven oorzaak (bijv. beroepsongeval) te beoordelen.
E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)
is arbeidsongeschiktheid ten gevolge van ziekte of gebreken. Men kan geheel of gedeeltelijk invalide zijn, tijdelijk of blijvend. Invalide in de zin der wet is hij, die door enig lichamelijk of geestelijk gebrek niet in staat is een derde te verdienen van hetgeen gezonde mensen, met hem vergelijkbaar in aanleg en ontwikkeling, gewoonlijk verdienen...
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: