Injector
(Lat.), m. (-s), inspuittoestel; toestel tot het automatisch voeden van stoomketels.
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
M. J. Koenen's (1937)
m. (Ned.) injectors, injectoren; (Lat.) injectores (Lat. toestel om in te spuiten; werktuig tot voeding van de stoomketel).
Jozef Verschueren (1930)
(‘jektor) m. (-s, -en) (spr. 'to:rən) [Lat.] 1. toestel om in te spuiten. 2. toestel tot automatische voeding van een stoomketel. Enc. In een injector komt de afgewerkte stoom door onmiddellijke vermenging met water tot kondensatie. Dit mengsel van gekondenseerde stoom en water dient dan dadelijk voor het voeden van de stoomketel.
J. Kramer (1908)
injecteur, zie Injectie. I. is ook de naam van een werktuig dat gebruikt wordt om met behulp van verschen of afgewerkten stoom water in den ketel eener machine te persen; verder dient het tot condensatie van stoom, tot het verwarmen van voedingswater enz.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: