ieder
ieder - Onbepaald voornaamwoord 1. elk, alle afzonderlijk, ♢ In ieder geval.
Muiswerk Educatief (2017)
ieder - voornaamwoord uitspraak: ie-der 1. alles wat genoemd is, is meegeteld ♢ ieder kind heeft liefde nodig Algemene uitdrukkingen: 1. ik schrijf je in ieder geval [zeker] V...
Van Dale Uitgevers (1950)
onbep. vnw., 1. (bijv.) elk: ieder mens moet sterven; iedere regel begint met een hoofdletter ; 2. (zelfst.) elke zaak, elk mens, hetzij uit een bepaalde groep of in het alg. : ieder van ons, ieder onzer ; het is ieders belang; een ieder, iedereen.
Jozef Verschueren (1930)
('i:dər) onbepaald vrnw. elk, elkeen : -e zienswijze ; lette op zichzelf; is er één, ieder van die zaken telt mee, heeft betekenis. Syn. → al.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
onbep. vn., 1. (bijv.) elk: mens moet sterven; iedere regel begint met een hoofdletter; 2. (zelfst.) elke zaak, elk mens, hetzij uit een bepaalde groep of in het algemeen: — van ons; het is ieders belang; een —, iedereen; dat is niet ieders werk, dat kan alleen iemand die erin onderlegd is.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: