Wat is de betekenis van hinderlaag?

hinderlaag - Zelfstandignaamwoord 1. verdekte opstelling vanwaaruit, vooropgezet plan waarmee men iemand onverhoeds wil overvallen Woordherkomst samenstelling van hinder en laag Synoniemen arglist, valstrik, val

hinderlaag - zelfstandig naamwoord uitspraak: hin-der-laag 1. plaats waar je je verstopt om iemand aan te vallen als hij het niet verwacht ♢ vanuit de hinderlaag vielen de soldaten hem aan 1. in een hinderlaag lopen ...

Men is geneigd het woord hinderlaag te verklaren als de laag die men legt om de vijand te hinderen, maar dat is onjuist, al hebben wij wel met hetzelfde woord te maken. De oorspronkelijke betekenis van het bijwoord hinder is: achter en een hinderlaag is dus: datgene wat men neerlegt om er zich achter te verschuilen, in het bijzonder een bedekte ops...

skuilplek waarvandaan iem. onverhoeds aangeval word, valstrik.

s., leach, leage.

...

v. (.. lagen), verdekte opstelling van waaruit men iem. onverhoeds wil overvallen: zich in hinderlaag leggen ; de vijand in een hinderlaag lokken; in een hinderlaag vallen; — (fig.) valstrik: ik zag nog bijtijds welke hinderlagen men mij had gelegd.

v. -lagen; verborgenplaats, waar iem. of een dier ligt, gereed om zijn vijand enz. aan te vallen; mil. verdekte opstelling: de tijger bespiedt zijn prooi uit een hinderlaag; in hinderlaag liggen; zich in hinderlaag leggen.

v. (...lagen) [Mned. hinder, achter] I. Eig. 1. Algm. het liggen, achter iets verborgen, om te overvallen: zich in leggen. 2. Mil. hinderlaag van troepen om de vijand onverhoeds te overvallen: in liggen. II. Metn. plaats die als hinderlaag dient. III. Metf. list, valstrik: in de vallen.