Wat is de betekenis van heuglijk (heugelijk)?

2024-04-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

heuglijk (heugelijk)

bn. (-er, -st), 1. verblijdend, tot blijdschap stemmend: een heuglijke gebeurtenis; een heuglijke zaak; 2. gedenkwaardig, onvergetelijk: een — feest; op deze heuglijke avond.

Gerelateerde zoekopdrachten