Hallenkerk
v. (-en), gothische kerk met een middelschip en 2 tot 4 zijschepen met even hoge gewelven, soms ook van gelijke breedten: de Walburgiskerk te Zutfen is een hallenkerk.
Van Dale Uitgevers (1950)
v. (-en), gothische kerk met een middelschip en 2 tot 4 zijschepen met even hoge gewelven, soms ook van gelijke breedten: de Walburgiskerk te Zutfen is een hallenkerk.
Wiktionary (2019)
hallenkerk - Zelfstandignaamwoord 1. (bouwkunde) (religie) een kerk met meerdere beuken, waarvan de zijbeuken ongeveer even hoog en soms ook even breed zijn als de middenbeuk ♢ In de meeste gevallen ontstond een hallenkerk door het vergroten van een basiliek of pseudobasiliek, waarbij het voormalige t...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Wouter van Boesschoten, Wieneke van Breukelen, Ton Konings m.m.v Henriette Coppens, Eefje Lonis, Jos van Waterschoot & Simon Wienke (2002)
Een hallenkerk is een kerk met zijbeuken die even hoog zijn als de middenbeuk, zodat er geen plaats is voor ramen boven de zijbeuken, i.t.t. bij basiliek.
Getty Research Institute (1990)
hallenkerk - Gotische kerken met een middenschip en twee tot vier zijschepen met even hoge gewelven, soms ook van gelijke breedte; populair in Duitsland.
Professor mag. dr. J.B. Kors o.p. (1967)
Gothische kerk, waarvan de zijschepen (zie Beuk) even hoog en soms ook even breed zijn als het → middenschip. Bekende H-en zijn de St. Michielskerk te Zwolle en de St. Walburgiskerk te Zutfen. In Vlaanderen en langs de kust van Fransch Vlaanderen zijn zij zeer verspreid.
Amsterdam Boek (1959)
Type kerk met zijbeuken die even hoog zijn opgetrokken als het middenschip, zodat dit laatste geen plaats heeft voor bovenlichten. In de 15de en 16de eeuw zijn om bezuinigingsredenen in ons land verschillende basilicale kerken tot hallenkerken verbouwd. Voorbeeld: Ootmarsum, zie basiliek – Constantijn; zie gotiek – Staufische bouwku...
Prof. dr. J.C. Groot (1955)
is de naam voor een kerktype uit de Gothiek, waarbij middenschip en zijbeuken even hoog en meestal ook even breed zijn. Doordat luchtbogen en steunberen overbodig zijn, is de constructie eenvoudiger dan die van andere Gothische kerken. Vooral vanuit Westfalen heeft deze bouwvorm zich verspreid. Voorbeelden in Nederland: de Oude Kerk te Amsterdam en...
E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)
is een kerktype, waarbij de zijen middenbeuken een gelijke hoogte hebben; tevens zijn de drie beuken veelal van gelijke breedte. Er zijn echter ook typen waarbij de verhouding van middenbeuk tot zijbeuk is als 1 : 1½. De hallenkerk streefde, meer dan de gewone vorm der basiliek, naar een ruimtewerking in de breedte en werd zeer typerend voor...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: