gulp (divers)
I. v. (-en; -je) [msch. klnb.] iets vloeibaars dat in of met een brede, klokkende straal of golf, naar buiten of naar binnen stroomt nl. 1. dikke straal van een plotseling uitgestorte vloeistof: er kwam een water uit de pomp. 2. kloeke slok, teug. II. v. (-en; -je) spleet; de van een vertikale broekzak.