Goedgeloovig
bn. (-er, -st), goed van vertrouwen, lichtgeloovig; hij wist door zijne mooie praatjes van verscheidene goedgeloovigen geld te krijgen; — rechtzinnig in de leer, orthodox.
J.H. van Dale (1898)
bn. (-er, -st), goed van vertrouwen, lichtgeloovig; hij wist door zijne mooie praatjes van verscheidene goedgeloovigen geld te krijgen; — rechtzinnig in de leer, orthodox.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: