Wat is de betekenis van gigant?

2024-04-20
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

gigant

gigant - Zelfstandignaamwoord 1. (mythologie) reus uit de Griekse mythologie 2. reusachtig grote entiteit

2024-04-20
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Gigant

[Lat. gigas, gigantis, van Gr. gigas, gigantos] reus.

2024-04-20
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Gigant

reus

2024-04-20
Vreemde woorden in de Sterrenkunde

Prof. Dr. P.H. van Laer (1942)

Gigant

(< Lat. Gigas, -ántis = Gr. gigas, -antos = reus; plur. mythologische reuzen). Ster van reusachtige omvang, reuzenster.

2024-04-20
Vreemde woordenboek

S. van Praag (1937)

gigant

reus.

2024-04-20
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

gigant

(gi'gant) m. (-en) [Gr. gigas] 1. Algm. reus. 2. Giganten Inz. in de Griekse mytologie, een der aardreuzen die de Olumpos bestormden, door de Pelion op de Ossa te stapelen, doch door Zeus werden overwonnen en over de gehele aarde onder de vulkanen begraven: Tuphoëus is het hoofd der -en.

2024-04-20
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

gigant

[➝Gr., uit Ge, de Aarde, geboren], m. (-en), 1. in de Griekse mythologie reus, een van de kinderen van Gaia en Kronos (e); 2. reuzenster. (e) De giganten bonden met de aan hen verwante titanen de strijd aan tegen de Olympische goden, die hen met hulp van ➝Herakles overwonnen en onder vulkanen begroeven. De giganten waren, in tegenstelling tot de...

2024-04-20
Etymologisch Woordenboek

Amsterdam University Press (2024)

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-20
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)