gierzwaluw
...
Ontdek ons tijdschrift
en lees alles over taal uit Nederland en Vlaanderen*Zolang de voorraad strekt
Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)
bruinzwarte zwaluwachtige trekvogel. trekvogel met een bruinzwart vederpak die door zijn sikkelvormige, lange vleugels, een gevorkte staart en zijn insectenjacht in de lucht op een zwaluw lijkt. Ook van toepassing op de vogelfamilie of soort in het algemeen en dan vaak in het meervoud gebruikt. Voorbeelden: De gierzwaluw heeft...
Wiktionary (2019)
gierzwaluw - Zelfstandignaamwoord 1. (vogels) Apus apus, een vogel die als zomergast in de Benelux voorkomt ♢ Hij bezit prachtige foto's van vliegende gierzwaluwen. Woordherkomst samenstelling van gier en zwaluw Verwante begrippen zwaluw
Muiswerk Educatief (2017)
gierzwaluw - zelfstandig naamwoord uitspraak: gier-zwa-luw 1. snel vliegende zwaluw met schel geluid ♢ elk jaar nestelen in onze schuur de gierzwaluwen Zelfstandig naamwoord: gier-zwa-luw de gierzwaluw ...
Vogelbescherming Nederland 2009)
Huizen, kantoorgebouwen, kerken en andere bouwsels van de mens zijn voor gierzwaluwen net een rotslandschap vol met holtes, waarin zij kunnen broeden. Vooral oude gebouwen, vaak in de binnenstad van steden, zijn in trek. Een groot deel van hun leven bevinden ze zich in de lucht. Tijdens de broedtijd zitten ze op hun nesten. Geluid In broedti...
Klaas J. Eigenhuis (2004)
Apus apus (Linnaeus: Hirundo) 1758. Vogel die Linnaeus nog als verwant met de echte Zwaluwen beschouwde, maar dit verre van is. De echte Zwaluwen hebben wel een gevorkte staart en trekken ook vaak met Gierzwaluwen op en mee, zodat de naamgeving vanuit het volk wel begrijpelijk is. Bij ons in het broedgebied maken Gierzwaluwen zich kenbaar met hun l...
Kon. Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen (1982)
(Apus apus; Sch.: stêênpikker). Te onderscheiden van de echte → zwaluwen door de korte staart en de lange gebogen vleugels. Geheel donker kleed met lichte keel. Heeft een krachtige snelle vlucht. Gierend schreeuwende groepen zijn in de zomer in dorpen en steden te zien. Jaagt op insecten boven zoet water, open terrein...
Lize Stilma (1961)
De zwaluw die giert, broedt tussen mei en augustus bij ons. Pa en ma broeden om beurten en als er wéér kroost komt, zoeken ze vaak hun oude, vroegere nesten op. Lopen is niks voor de gierzwaluw maar in de lucht staat ie zijn mannetje; 300 km per uur tijdens de trek! De gierzwaluw is hoofdzakelijk zwartbruin en 16 cm groot.
Prof. Dr. J.H. Brouwer (1958)
(Fr.: toer-, piper-, gûl-, tongersweal). Zomervogel, algemeen broedend op oude gebouwen, torens enz., in stad en dorp.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: