Wat is de betekenis van Geneigdheid?

2024-04-27
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

geneigdheid

neiging, lus, sin.

2024-04-27
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

geneigdheid

v. (trek, lust): geneigdheid ten kwade.

2024-04-27
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

geneigdheid

v. (...heden) 1. Eig. het geneigd zijn: ten kwade. 2. Metn. neiging: zedelijke ...heden. Syn. → begeerte.

2024-04-27
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

geneigdheid

v., positieve gezindheid, lust (tot iets), bereidheid: hij toonde weinig om mee te gaan.

2024-04-27
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-27
Handwoordenboek van Nederlandsche synoniemen

J.V. Hendriks (1898)

Geneigdheid

zie Begeerte.

2024-04-27
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)