geleibiljet
o. -biljetten (biljet, houdende verlof tot vervoer van accijnsgoederen).
Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)
Geleibiljet - (Ned. Recht). Ter voorkoming of bestrijding van fraude moet het vervoer of het in voorraad hebben van sommige accijnsgoederen, ook al is de accijns reeds betaald, meermalen door een officieel stuk, het geleibiljet, worden gewettigd. Het geleibiljet wordt in beginsel afgegeven en onderteekend door den ontvanger der accijnzen (→ Be...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Jozef Verschueren (1930)
(gə'lei) o. (-ten) biljet houdende verlof tot vervoer van aksijnsgoederen. geleibrief m. (...brieven) vrijbrief, paspoort. → gelaat.
J. Hagers (1910)
Geleibiljet - document, dienende om gedistilleerd, waarvan de accijns betaald is, bij het vervoer te dekken, indien . de hoeveelheid grooter is dan één liter, herleid tot de sterkte van 50%.
J.H. van Dale (1898)
GELEIBILJET, o. (-ten), biljet, het verlof inhoudende tot vervoer van accijnsgoederen, met aanwijzing van den te volgen weg, en van de kantoren, waar het biljet ter afteekening moet worden vertoond.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: