Wat is de betekenis van ganzenbloem?

ganzenbloem - Zelfstandignaamwoord 1. (plantkunde) plant van het geslacht Chrysanthemum in het bijzonder de 'gele ganzenbloem' (Glebionis segetum, Chrysanthemum segetum) Woordherkomst samenstelling van gans en bloem met het invoegsel -en- Verwante begrippen margriet, chrysant

s., guozzeblom; gele —, giele guozzeblom.

(Chrysanthemum), plantengeslacht behorende tot de Composietenfam. * Tot de in het wild groeiende soorten behoren het Boerenwormkruid (Chr. vulgare), gele bloempjes als platte knoopjes, bladen als grove varen veertjes. Gele G. (Chr. segelum) niet diep ingesneden bladeren, geheel gele bloemen met brede stralenkrans. Margriet (Chr. luecanthemum), wit-...

v. -en (grote margariet; Lat. chrysanthemum).

Ganzenbloem - (Chrysanthemum), plantengeslacht van de familie der samengesteldbloemigen (Compositae), met groote witte of gele straalbloemen, telt ca. 200 soorten waarin opgenomen de vroegere geslachten Tanacetum en Pyrethrum, bijv. C. (T.) vulgare, → boerenwormkruid, C. (T. of P.) parthenium, het moederkruid of Mater, dat ook gekweekt wordt....

...

...

GANZENBLOEM, v. (-en), (plantk.) benaming van een plantengeslacht (chrysanthemum), ten onzent in vijf soorten in ’t wild voorkomende, tot de familie der samengesteldbloemigen behoorende; naar men wil aldus geheeten, omdat zij juist in den zomertijd op de weilanden begint te bloeien, als de jonge ganzen daarop gedreven worden; — gele gan...

...