Wat is de betekenis van Flep?

2024-04-29
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

flep

1) (1844) (Barg.) getuigschrift; brief. • Wij zenden u deze flep, om u te doen lenzen, dat gij niet de eenigste goocheme vrijer in de marwiger taal zijt; wij zouden u haast voor een wiedensche knul aanzien... (Algemeene Konst- en Letterbode. II. 1844) • Flep, brief. (Onze Volkstaal. Deel 3. 1885. Alphabetische Woordenlijst van h...

2024-04-29
Ewoud Sanders woordenboeken

Ewoud Sanders (2019)

Flep

Flep is in de betekenis 'borrel' in 1976 gevonden in de Grote Van Dale. Het woord gaat terug op de uitdrukking aan de flep zijn voor 'aan de drank zijn'. Deze uitdrukking is in 1853 opgetekend. Ook het werkwoord feppen 'drinken, leppen, lurken' zal van invloed zijn geweest. Dit woord is veel ouder en komt al in 1611 voor bij Bredero. In de oostelij...

2024-04-29
Woordenboek van populaire uitdrukkingen

Marc de Coster (1998)

Flep

aan de - aan de drank. Aan de flep rakenis ‘gaan drinken’. Al in Woordenschat,maar vermoedelijk nog veel ouder. Een flepis een bierkan met een deksel. De uitdr. bet. echter ook ‘diarree hebben’ (zie opmerkingen bij aan de fledder/fledderitse).

2024-04-29
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Flep

(Barg.) getuigschrift

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Flep

I. v. (-pen), 1. (veroud.) soort van vrouwenhoofddoek; 2. driehoekig kinderhoofddoekje onder het mutsje; ook fleb, flebbe en flab genoemd; 3. (dievent.) brief; kaart; getuigschrift; linke flep, valse papieren ; — een blauwe flep, een briefje van tien (enz.). II. m., in aan de flep zijn, aan de drank.

2024-04-29
Boevenjargon

Professor Henry Roskam (1949)

flep

getuigschrift. Dofte flep, goede papieren; linke flep, valse papieren.

2024-04-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

flep

I. v. fleppen (ondermutsje: driehoekig lapje onder de muts op het achterhoofd van een klein kind gelegd); II. in: aan de flep zijn, drank.

2024-04-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

flep

I. v. (-pen; -je) [~ flap] driehoekig kinderhoofddoekje onder het mutsje. II. m. Gemz. drank, in de uitdrukking: aan de zijn.

Wil je toegang tot alle 12 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

flep

m., alleen in de uitdr.: aan de — zijn, aan de drank.