Wat is de betekenis van Flegmatisch?

2024-04-27
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

flegmatisch

flegmatisch - Bijvoeglijk naamwoord 1. (van mensen) rustig, traag reagerend Synoniemen flegmatiek

2024-04-27
Lexicon antroposofie

Henk van Oort (2010)

Flegmatisch

Één van de vier temperamenten, in verband te brengen met het etherlichaam en met het element ‘water’. De flegmaticus vloeit uit in zijn omgeving en heeft daardoor een minder sterk zelfbewustzijn. Tijdsbesef is minder sterk ontwikkeld dan gemiddeld.

2024-04-27
Lexicon van de Psychologie

N. Sillamy (1965)

FLEGMATISCH

→ karakterologisch type waarvan de voornaamste trekken zijn: zelfbeheersing, eerbied voor regels en een wantrouwen tegenover → emotionaliteit. Tot deze groep behoren mensen met een vasthoudend en onbewogen karakter, zoals Washington, Joffre of Kant (die de godsdienst ontdeed van haar emotionele rijkdom en herleidde tot de moraal).

2024-04-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Flegmatisch

(<Hd.), bn. bw., flegmatiek: het flegmatisch temperament; — (astrol.) flegmatische tekens, de Kreeft, de Schorpioen en de Vissen.

2024-04-27
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

flegmatisch

bn. en bw. flegmatiek: het temperament.

2024-04-27
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

flegmatisch

[Fr.], bn. en bw., in de omgangstaal gezegd van iemand voor wie een combinatie van traagheid en onverstoorbaarheid typerend is. (zie temperament).

2024-04-27
Etymologisch Woordenboek

Amsterdam University Press (2024)

2024-04-27
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Flegmatisch

FLEGMATISCH, bn. bw. ongevoelig, onverschillig, koud, koel: het flegmatisch temperament; — (sterrenw.) flegmatische teekens, de Kreeft, de Schorpioen en de Visschen.