Flauwerd
m. (-s),
Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)
flauw persoon. iemand die flauw is; flauw persoon. Voorbeelden: Voor mij reed een flauwerd die precies 50 reed. Oh jongens kom op, precies 50 rijden, dat is echt kinderachtig gedrag hoor. http://liefdagboek.blogspot.nl/2007/11/de-mensen-achter-jacq.html, 4 november 2007 Hij trekt de schouders onverschillig op. en probeert zo...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Marc de Coster (2007)
kinderachtig persoon. ‘Dan ben jij een groote flauwerd,’ snauwde hij hem toe en zijn oogen keken recht in die van den ander. (Anne de Vries, Evert in turfland, 1930)
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: