flacon
flacon - Zelfstandignaamwoord 1. klein flesje met vaak een lange hals en een sierlijk voorkomen ♢ Het dure parfum zat in een mooie flacon.
Wiktionary (2019)
flacon - Zelfstandignaamwoord 1. klein flesje met vaak een lange hals en een sierlijk voorkomen ♢ Het dure parfum zat in een mooie flacon.
Muiswerk Educatief (2017)
flacon - zelfstandig naamwoord uitspraak: fla-con 1. kleine fles ♢ de fietser had een flacon water bij zich Zelfstandig naamwoord: fla-con de flacon de flaconnen ...
A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)
[Fr., van VLat. flasco, missch. van Lat. vasculum, verklw. van vas = vat] flesje met stop, spec. voor reukwater.
Getty Research Institute (1990)
flacon - Afgevlakt, bol of peervormig vaatwerk met korte smalle hals en smalle mond; gewoonlijk van glas, aardewerk of metaal en gebruik voor uiteenlopende doeleinden. Ook gebruikt voor vaatwerk met een rond lichaam en een nauwe hals, meestal van glas, dat gebruikt wordt in laboratoria.
Jan Durdik en anderen (1970)
klein, dikwandig flesje met smalle hals, waarin bijzondere dranken of parfums bewaard werden. Er bestaan glazen, aardewerk, leren, zilveren en tinnen flacons. Bekend zijn de zeer fraaie 17de-eeuwse tinnen flacons uit Neurenberg.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: