Eetplaats
v. (-en), (Zuidn.) eetkamer.
Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)
Het begrip eetplaats heeft 3 verschillende betekenissen: 1) plaats om te eten. plaats waar men kan eten; plaats om te eten. 2) eethoek. deel van de kamer waar de eettafel staat; eethoek; ook: het meubilair waaruit een eethoek bestaat; eettafel met stoelen. 3) zitplaats in een restaurant. zitplaats in een restaurant.
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Marc De Coster (2020-2025)
(1984) (Vlaanderen, sch.) mond; kunstgebit. • (H. Mullebrouck: Vlaamse volkstaal. 1984) • Eetplaats. kunstgebit (schertsend). 'k Hem man eitpleuts in de badkamer vergeite. (H. Diddens: Woordenboek van het Mechels dialect. 1999)
Ludo Permentier en Rik Schutz (2015)
eetkamer Onze jassen en tassen worden in het kantoor bewaard, het hokje naast de w.c. is de eetplaats, want overjassen en tassen mogen niet heimelijk volgepropt worden met doosjes room of ananas of sardines of stukken chocolade, of… (Marcel van Maele, Scherpschuttersfeest) Geen Algmeen Nederlands Gangbaarheid: 4 Vlaamsheid: 6
Peter Bakema (2003)
(de, -en) eetkamer. De woonkamer ligt centraal tussen de keuken en de eetplaats en is uiterst gezellig. - LN, 06-07-2002. meubilair voor de eetkamer.
Walter De Clerck (1981)
1. Kamer waarin het gezin eet; eetkamer. Mevrouw Everaert, die in de eetplaats in een zetel zit en zijn gebulder eveneens hoort, verroert echter weinig, WEYTS 1950, 120. Haar ogen doolden door de statige eetplaats, en gleden van het ene schilderij naar het andere, TEIRLINCK 1952, 1, 226. 2. Meubilair voor een eetkamer; eetkamer (ameublement). Pr...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: