Wat is de betekenis van eenzelvigheidskaart?

2024-04-28
Typisch Vlaams woordenboek

Ludo Permentier en Rik Schutz (2015)

eenzelvigheidskaart

identiteitskaart Ik heb helemaal niets gedaan, ik heb niet gelachen op ongepaste wijze met de film, noch de vertoning op een of andere wijze gestoord, verdedigt een loopjongen zich, die ook Jean heet, door de uitbater als de grootste herrieschopper wordt aangeduid, zijn eenzelvigheidskaart niet bij zich heeft, aan de politie een valse i...

2024-04-28
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

eenzelvigheidskaart

(de, -en) identiteitskaart.

2024-04-28
Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

eenzelvigheidskaart

Identiteitskaart (zie ook ald.), -bewijs; persoonsbewijs, legitimatiebewijs. Daarnaast ook: eenzelvigheidsbewijs o., -bewijzen. Zenuwachtig zoekt zij in haar handtas naar haar eenzelvigheidskaart, en nadat zij deze... heeft getoond, verdwijnt zij weer in de auto, WEYTS 1950, 118. Ik replikeerde direkt dat mijn vrouw toch met naam en toenaam...