Wat is de betekenis van echter?

2025-07-17
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Echter

voegw. bw., 1. ter uitdr. ener beperkende tegenstelling, niettemin, evenwel; 2. (veroud.) en echter, en toch.

2025-07-17
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

echter

echter - Voegwoord 1. een beperkende tegenwerping, introduceert een zin(sdeel) dat het voorgaande zin(sdeel) beperkt Hij beweerde dat paarden vijf poten hebben. Dit bleek echter niet te kloppen. Het leek erop dat hij ernstig gewond was. De volgende dag echter...

2025-07-17
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

echter

echter - bijwoord uitspraak: ech-ter 1. geeft een tegenstelling aan ♢ Jan heeft echter weer bezwaren. Bijwoord: ech-ter Synoniemen daarentegen, doch, evenwel, maar, nochtans

2025-07-17
Ambtelijk taalgebruik

Wouter de Koning (1976)

echter

maar.

2025-07-17
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Echter

adv., mar, lykwols, lykswol.

2025-07-17
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

echter

voegwoordelijk bw. (evenwel, intussen, nochtans, toch, niettemin).

2025-07-17
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

echter

(’echtər) vgw. [~ achter] evenwel, maar niet in het begin van een zin(snede). Syn. → dan.

2025-07-17
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Echter

voegw. bw., ter uitdr. van een beperkende tegenst. niettemin, evenwel.

Wil je toegang tot alle 18 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-17
Etymologisch Woordenboek

Instituut voor de Nederlandse taal

echter

echter vgw., bw. 'niettemin, evenwel' categorie: geleed woord, erfwoord Onl. eft 'echter' [10e eeuw; W.Ps.]; mnl. echter (bw. van tijd) 'later, daarna, wederom' [1265-70; CG II, Lut.K]; vnnl. echter (vgw.), 'evenwel, toch' [1641-42; WNT]. Oorspr. een afleiding van ...