Wat is de betekenis van Dom, (kerk)?

2024-04-27
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Dom, (kerk)

[Lat. domus, huis], m. (mv. domkerken), 1. bisschoppelijke hoofdkerk, kathedraal; thans als willekeurige ben. voor bepaalde kerken; 2. koepel; 3. afk. van domtoren. In de oudchristelijke tijd was de dom een bisschopswoning, sinds de latere middeleeuwen werd het, met de naam van een heilige, de aanduiding van een kerk (b.v. domus Sancti Martini,...