Wat is de betekenis van docent?

2025-07-15
Prisma Nederlands Fries

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-15
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-15
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Docent

(<Fr.-Lat.), m. (-en), leraar bij het middelbaar of hoger onderwijs (in België zoveel als lector): er zijn twaalf docenten ; docent aan de Theol. School: vgl. privaatdocent.

2025-07-15
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

docent

Het begrip docent heeft 3 verschillende betekenissen: 1) leerkracht op een middelbare school. iemand die voor zijn beroep les geeft op een middelbare school. 2) leerkracht. iemand die voor zijn beroep les geeft in een school, veelal op het niveau van het lager of middelbaar onderwijs of in een andere soort onderwijsinstelling zoals e...

2025-07-15
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

docent

docent - Zelfstandignaamwoord 1. (onderwijs), (beroep) iemand die les geeft (bij het voortgezet of hoger onderwijs) Hij is universitair docent in Leiden. Docenten van de muziekschool gaven een concert. Synoniemen leerkracht, leraar ...

2025-07-15
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

docent

docent - zelfstandig naamwoord uitspraak: do-cent 1. iemand die lesgeeft op school ♢ deze docent geeft les in aardrijkskunde Zelfstandig naamwoord: do-cent de docent de docenten ...

2025-07-15
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Docent

[Lat. docens, docentis= o.dw, zie doceren] leraar bij middelbaar en voorbereidend hoger onderwijs.

2025-07-15
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Docent

leraar

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-15
Encyclopedie voor Zelfstudie

drs. L.A. Beeloo (1981)

Docent

leraar aan een universiteit of hogeschool. Bij uitbreiding ook: leraar aan een inrichting voor voortgezet hoger en middelbaar onderwijs, en aan een school voor hoger beroepsonderwijs.