Wat is de betekenis van deukhoed?

2024-04-29
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

deukhoed

ingedeukte hoed. hoed van een model waarbij de bovenkant ingedeukt is. Voorbeelden: De directeur [...] had een grijze deukhoed op en droeg een bril met dikke bolle glazen. R.J. Peskens, Twee vorstinnen en een vorst, 1976 Naast hem was uiteindelijk een oud mannetje met een deukhoed en een breed brilmontuur komen zitten. Chr...

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Deukhoed

m. (-en), hoed die van boven ingedrukt van model is.

2024-04-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

deukhoed

('deuk) m. (-en) hoed die men draagt met een deuk er in. Syn. gleufhoed.

2024-04-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Deukhoed

m. (-en), hoed die van boven ingedeukt van model is.

2024-04-29
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Deukhoed

DEUKHOED, m. (-en), hoed die van boven ingedrukt is.

Gerelateerde zoekopdrachten