Wat is de betekenis van deugddoend?

2024-04-27
Typisch Vlaams woordenboek

Ludo Permentier en Rik Schutz (2015)

deugddoend

aangenaam, weldadig, verfrissend Behalve op hem was ze kwaad op zichzelf. Hoe kon het dat ze deze klap niet had zien aankomen? Ze had zich in slaap laten sussen door hun jarenlange, deugddoende, huwelijkse vanzelfsprekendheid. Haar hoogste goed, had ze steeds gedacht. (Tom Lanoye, Heldere hemel) Er doortrekt mij opeens een deu...

2024-04-27
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

deugddoend

(bn.) aangenaam, weldadig, verfrissend. Na enkele maanden van zelden geziene beursellende was dat zonder meer deugddoend. - FET, 02-02-2002.

2024-04-27
Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

deugddoend

Lichamelijk en geestelijk verfrissend; verkwikkend; aangenaam aandoend; soms bep.: weldadig, aangenaam, heerlijk, zalig. (Vele) gezinnen hebben er... genoten van de geurende bossen, het water en de zon, van deugddoende rust en ontspanning, Vrouw en Wereld mei 1974, p. 14. Als je op zoek bent naar een kostelijke, ontspannende en deugd...