Wat is de betekenis van dele?

2024-04-30
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

dele

dele - Zelfstandignaamwoord 1. enkelvoud van deel, archaïsch|archaïsche vorm die in enkele staande uitdrukking|staande uitdrukkingen voorkomt dele - Werkwoord 1. aanvoegende wijs van delen     ♢ Men dele dit bedrag door het aantal leden. Uitdrukkingen en gezegden  &nb...

2024-04-30
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

Dele

schrappingsteken. delectable genotvol, verrukkelijk.

2024-04-30
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Dele

of delea'tur (Lat.), schrap, resp. het worde geschrapt (in drukproeven).

2024-04-30
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

dele

(Lat.) delg uit.

2024-04-30
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

dele

(Lat. delg uit) of deleatur (men delge uit), als zn. o. -s; op drukproeven δ.

2024-04-30
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

dele

[Lat.] delg uit, verwijder.

2024-04-30
Etymologicum 1573

Cornelis Kiliaan (1573)

Dele

sax. fris. sicamb . j. vloer. Pauimentum, area.