Wat is de betekenis van deken?

2024-04-27
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

deken

(1906) (Barg.) grasveld. • (Köster Henke: De boeventaal. 1906) • (J.G.M. Moormann: De geheimtalen: Bronnenboek. 1934) • (E.G. van Bolhuis: De Gabbertaal. 1937)

2024-04-27
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

deken

deken - Zelfstandignaamwoord 1. een (vaak dikke) doek, met de functie om iemand te bedekken en daarmee warm te houden (tijdens de slaap) deken - Zelfstandignaamwoord 1. (advocatuur) voorzitter van de Nederlandse orde van advocaten     ♢ Een slecht functionerende advocaat kan door de d...

2024-04-27
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

deken

deken - zelfstandig naamwoord uitspraak: de-ken 1. hoofd van een bepaalde organisatie ♢ aan het hoofd van een faculteit op de universiteit staat een deken Zelfstandig naamwoord: de-ken de deken de dek...

2024-04-27
Vloeken lexicon

Prof. dr. P.G.J. van Sterkenburg (1997)

deken

zie weggaan.

2024-04-27
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Deken

[Lat. decanus = tienman, van decem = tien] hoofd van bep. groep (bijv.: van een faculteit, corps diplomatique); (rk) pastoor belast met toezicht op groep aangrenzende parochies.

2024-04-27
Lexicon Nederland en België

Liek Mulder (1994)

Deken

Deken, Willem de, Vlaams volksleider, *circa 1274 Brugge, +(terechtgesteld) 1328 Parijs. De Deken was schepen, raadslid en burgemeester van Brugge. Samen met → Zannekin leidde hij de → Kerels van Vlaanderen tegen → Lodewijk van Nevers die het Verdrag van → Athis-sur-Orge letterlijk wenste na te leven. De opstandelingen werden in Kassel verslagen do...

2024-04-27
Art & Architecture Thesaurus

Getty Research Institute (1990)

deken

deken - Grote rechthoekige dekkleden van dik, zacht materiaal ter beschutting tegen koude.

2024-04-27
Encyclopedie van Noord Brabant

Anton van Oirschot (1985-1986)

DEKEN

In r.k.kerk priester, die aan het hoofd staat van een dekenaat, een district van het bisdom; een indeling, die al bestaat vanaf de 9e eeuw; in Noord-Brabant vanaf de 10e eeuw. In 1853 kwam er een nieuwe indeling na het herstel van de bisschoppelijke hiërarchie in Nederland. Ook: bestuursfunctie bij gilden en schutterijen in Noord-Brabant.

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-27
Encyclopedie van Zeeland

Kon. Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen (1982)

DEKEN

ook landdeken genoemd. Was in de middeleeuwse kerkelijke hiërarchie (paus-aartsbisschop-bisschop-aartsdiaken-deken-pastoor) de priester die aan het hoofd stond van het dekenaat, zijnde de vereniging van een aantal → parochies. Vooral sedert de 12e eeuw assisteerde de deken de → aartsdiaken, wiens rechterlijke macht hij bij delegatie...