Wat is de betekenis van Dagblindheid?

v., oogziekte die maakt dat men overdag, bij hel licht, slechter ziet dan bij gedempt licht.

(nyctalopie), afwijking van het gezichtsvermogen, dat bij schemer en zwak licht beter is dan bij helder licht. Dit verschijnsel komt voor bij troebelingen van het midden van het hoornvlies en de lens. Bij helder licht is de pupil nauw en valt het door de troebele plekken heen onvoldoende in het oog. Bij zwakker licht is de pupil verwijd en kunnen d...

(nyctalopie), is een ziekelijke toestand, waarbij de patiënt beter ziet bij geringe verlichting dan bij daglicht. Deze afwijking komt voor bij patiënten lijdende aan een centraal scotoom (z gezichtsveld), in sommige gevallen van centrale troebeling van de brekende media van het oog (waarbij de grotere pupilwijdte bij slechte...

Een oogafwijking, waarbij men bij helder licht slechter ziet dan bij gedempt licht. De oorzaak daarvan is een troebeling in het midden van het hoornvlies of van de lens. Is de oogappel nauw, dan valt er alleen licht in het oog door de troebele vlek. De hoeveelheid licht, die dan het netvlies bereikt, is gering; bovendien worden de lichtstralen in d...

nyctalopie, overgevoeligheid v/h netvlies, waardoor in zwak licht beter gezien wordt dan bij helder licht.

Dagblindheid of nyctalopie (< Gr. nux = nacht, opsis = het zien) is een toestand, waarbij beter gezien wordt in de schemering en bij vermindering van verlichting. Komt het meest voor bij beginnende → staar, voornamelijk wanneer de troebeling het centrale deel van de lens inneemt; ook nog bij centrale hoornvliesvlekken, sommige aandoeningen...

Nyctalopie, toestand waarbij ’s avonds, in de schemering beter gezien wordt, dan overdag, bij hel licht. Komt voor bij centrale troebelingen in hoornvlies, lens of glasvocht of aandoeningen in het midden van het netvlies; soms treedt D. op zonder afwijkingen in het oog.

Dagblindheid - Nyctalopie, is een toestand, waarbij in de schemering, of bij zwak kunstlicht, maanlicht, enz. beter gezien wordt dan overdag. De d. berust op eene overgevoeligheid van het netvlies (zie GEZICHTSORGAAN), moge deze haar oorzaak hebben in een ziekte van het oog of in een ziekte van het geheele lichaam. Erfelijke aanleg, wellicht ook en...

v., (ook: hemeralopia), de (zeer zeldzame) aangeboren eigenschap slecht te zien bij goede verlichting, en betrekkelijk goed bij slechte verlichting. Soms verworven.