Wat is de betekenis van crossfiets?

2024-04-23
Op-en-top Nederlands

Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)

crossfiets

(zelfstandig naamwoord) [sport] veldfiets, terreinfiets, rosfiets - Wat is de juiste bandenspanning voor een veldfiets? - Een afspuit voor de benen en de rosfiets, een belegde boterham, zo nodig een sloefwagen en aanmoedigingen onderweg, men heeft er allemaal voor gezorgd.

2024-04-23
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

crossfiets

crossfiets - Zelfstandignaamwoord 1. stevige fiets met kleine wielen, om wild mee te rijden en allerlei goocheltoeren mee uit te halen Woordherkomst samenstelling van cross en fiets

2024-04-23
Jargon & Slang van Wielrenners

Marc De Coster (2017)

Crossfiets

Crossfiets - speciale fiets met o.a. veiligheidsstootrubbers, bedoeld voor het veldrijden. Heeft geen look-pedalen.

2024-04-23
Groot wielerwoordenboek

Marc de Coster (2009)

crossfiets

Speciale fiets met o.a. veiligheidsstootrubbers, bedoeld voor het veldrijden. Heeft geen look-pedalen. Sinds de mountainbikes de trend zetten, is de belangstelling voor de crossfiets tanende. Zeker van de wielrenners die een hekel aan lopen hebben. En dat zijn per definitie toch de meesten, anders waren ze geen wielrenner geworden. (NRC Handelsblad...

2024-04-23
Wielersportwoordenboek

Jan Luitzen (2009)

crossfiets

(de; -en) - stevig uitgevoerde fiets (met zwaar frame, brede banden met crossprofiel en meestal kleinere wielen dan normaal) waarmee men ook over ongebaand terrein kan rijden, bv. bij het veldrijden.

2024-04-23
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-23
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)