Wat is de betekenis van Creditcard?

(zelfstandig naamwoord) [alg.] kredietkaart, kredietpas - Brussel wil de kosten van pinpassen en kredietkaarten in de Europese Unie beperken. - Daarmee bespaar je jaarlijks zo'n 20 euro, het gemiddelde tarief voor een standaard kredietpas.

creditcard - Zelfstandignaamwoord 1. (financieel), (economie) een kaart waarmee men op voorschot een betaling kan doen     ♢ Wanneer je rekening van de creditcard niet onmiddellijk betaald wordt, wordt er een hoge rente berekend. Woordherkomst samenstelling van credit en card Synoniemen...

Kredietkaart die strikt persoonlijk is en die de mogelijkheid biedt om zonder contant geld rekeningen te voldoen in hotels en andere instellingen die bij een ‘creditcard company’ zijn aangesloten. Er bestaan vele soorten, waaronder Access, Air plus, American Express, Carte Blanche, Diners Club, En Route, Eurocard, JAL card, JCB card, Leaseplan, Mas...

creditcard - zelfstandig naamwoord uitspraak: kred-dit-kart 1. elektronische kaart waarmee je betalingen kunt verrichten en op krediet kunt kopen ♢ ik kan niet contant betalen, maar wel met mijn creditcard Zelfstandig naamwoord: kred-dit-k...

Een creditcard is een bankpas waarmee de gebruiker kan betalen met krediet. Met deze pas kan betaald worden met een bedrag dat pas later van de rekening wordt afgeschreven. Een creditcard heeft een bestedingslimiet dat vaak gebaseerd is op de kredietwaardigheid van de eigenaar of de bijdrage van de eigenaar. Het krediet op de kaart is een lening di...

Kaart waarmee je aankopen op krediet doet.

Kaart waarmee je aankopen op krediet doet.

[Eng.] door banken, ondernemingen e.d. uitgegeven kunststof plaatje, op vertoon waarvan men in bep. hotels, restaurants en winkels resp. kan logeren, eten en kopen.

betaalmiddel