Wat is de betekenis van Cockpit?

2024-04-26
Op-en-top Nederlands

Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)

cockpit

(zelfstandig naamwoord) [vliegtuig] pilotencabine, stuurcabine, stuurhut, koepel - Als je het vroeg, mocht je even in de stuurhut komen kijken. [boot] stuurkuip - Heerlijk gevoel, laag en droog in de stuurkuip zo'n luxe boot besturen. [sportauto] cabine, stuurkuip - Wonderlijk hoe een coureur in zo'n krappe stuurkuip zijn wagen so...

2024-04-26
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

cockpit

1) (2001) (Antwerpen, inf.) vrouwelijk geslachtsdeel . Woordspeling met de Engelse slangterm 'cock' (piemel). • (Herman J. Claeys: Vlaams Dialecten woordenboek. 2001) • (Freddy Michiels: Het Groot Sinjorenboek. Woordenlijst Antwerpse taal. 2006) • Ik wil straks, zodra dit vliegtuig is geland, niets liever dan mijn stuurknuppel zo s...

2024-04-26
Formule 1

Mischa Bijenhof (2022)

Cockpit

Het gedeelte van de auto waar de coureur zich bevindt. Oorspronkelijk was het begrip cockpit gereserveerd voor vliegtuigen. In de autosport wordt het woord cockpit alleen gebruikt voor Formulewagens: eenzitters die speciaal gebouwd zijn voor het circuit.Rond het eind van de negentiende, begin van de twintigste eeuw, stond de autosport nog in de kin...

2024-04-26
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

cockpit

cockpit - Zelfstandignaamwoord 1. ruimte voor de bestuurder in vliegtuig, boot of raceauto Het gebeurt niet vaak, maar komt soms toch voor: een vliegtuig verdwijnt spoorloos van de radar. Contact met de cockpit leggen lukt niet meer. Al gauw wordt voor het ergste gevreesd. Wanneer er een flink aantal...

2024-04-26
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

cockpit

cockpit - zelfstandig naamwoord uitspraak: cock-pit 1. bestuurdersruimte van een vliegtuig ♢ de piloot nam plaats in de cockpit Zelfstandig naamwoord: cock-pit de cockpit de cockpits...

2024-04-26
Autosport ABC

Rob Wiedenhoff (2005)

Cockpit

Klassieke benaming voor de bestuurdersplaats in een raceauto. Doorgaans gebruikt voor formuleauto's en sportwagens.

2024-04-26
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Cockpit

[Eng. = eig.: hanekuil, ruimte met verhoogde rand voor hanengevecht] stuurkuip (op klein schip), stuurhuis of -cabine (bijv. in vliegtuig).

2024-04-26
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Cockpit

stuurhut

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-26
Watersport A-Z

Kramer en de Bruin (1971)

Cockpit

Cockpit - → Kuip.