Wat is de betekenis van broekspijp?

2025-07-15
Prisma Nederlands Fries

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-15
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-15
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

broekspijp

pijp van een broek. deel van een broek dat het been bekleedt; pijp van een broek. Voorbeelden: Tot haar onpeilbare afgrijzen moest ze toezien hoe haar brutale tenen over de schoenen van de man naar zijn sokken kropen en onder zijn broekspijpen verdwenen. Kristien Hemmerechts, De kinderen van Arthur, 2000 Zijn broekspijpen ein...

2025-07-15
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

broekspijp

broekspijp - Zelfstandignaamwoord 1. Een van de twee langere buisvormige delen van een broek waar de benen in gestoken kunnen worden. Een lange broek heeft broekspijpen die tot aan de enkel reiken. Bij een korte broek reiken ze tot boven de knie. - Die afdrukken...

2025-07-15
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

broekspijp

broekspijp - zelfstandig naamwoord uitspraak: broeks-pijp 1. deel van een broek dat een van de benen bedekt ♢ bij het aankleden steek je elk been in een broekspijp Zelfstandig naamwoord: broeks-pijp de broekspijp...

2025-07-15
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Broekspijp

s., bokse.

2025-07-15
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Broekspijp

v./m. (-en), elk van de delen van een broek die het been bekleden; (fig.) heb jij je broekspijpen wel dichtgebonden?, uitdrukking gebruikt bij een persoon die pas met roken begonnen is.

2025-07-15
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-15
Woordenboek Nederlands - Marokkaans Arabisch

Jan Hoogland, Roel Otten | AUP Amsterdam Univerisity Press