Wat is de betekenis van blindedarm?

blindedarm - Zelfstandignaamwoord 1. (anatomie) het zakvormig uiteinde van de dikke darm, dat de dunne darm in zich opneemt (caecum) 2. (anatomie) wormvormig aanhangsel van het uiteinde van de dikke darm (appendix) ♢ Eigenlijk is de naam blindedarmontsteking incorrect want het is het wormvormig aanhang...

blindedarm - zelfstandig naamwoord uitspraak: blin-de-darm 1. doodlopend deel van de dikke darm ♢ zij moest naar het ziekenhuis vanwege een blindedarmontsteking Zelfstandig naamwoord: blin-de-darm de blindedarm...

Aanhangsel aan het begin van de dikke darm rechtsonder in de buik, ongeveer 10 centimeter lang en met een blind (afgesloten) uiteinde. Bij dieren, vooral planteneters, is de blindedarm belangrijk voor de vertering van plantaardig voedsel en daarom sterk ontwikkeld. Bij mensen heeft de blindedarm alleen nog een kleine rol in het afweersysteem. Dokte...

een onderdeel van de dikke darm onder de uitmondingsplaats van de dunne darm. Hij ligt aan de rechterzijde in het grote bekken en zet zich voort in het worm vormig aanhangsel (appendix). Deze appendix is ongeveer 10 cm lang. Omdat de blindedarm bij de appendix doodloopt, noemt men hem „blind”.

s., blineterm, (term)finger, lange finger; (bij dieren), sekein (it).

...

m. (-en), het zakvormig eindigende deel van de dikke darm, dat de dunne darm in zich opneemt.

m. (zakvormig darmaanhangsel, op de grens van dunne en dikke darm).

het eerste a/h onderste uiteinde gesloten deel v/d dikken darm, waarin zijdelings de dunne darm uitmondt. Het worm vormig aanhangsel ervan heet → appendix.