blauwgroen
blauwachtig groen. met een naar blauw neigende groene kleur; een naar blauw neigende groene kleur hebbend. Voorbeelden: De hemel leek hier blauwgroen en lag als IJslands mos op het dak. Jan Siebelink, Weerloos, 1984 De flanken zijn zilverachting, terwijl de kleur van de rug varieert van bruingroen tot blauwgroen. http://ww...