Wat is de betekenis van bijenteelt?

2024-04-29
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

bijenteelt

teelt van bijen. teelt van bijen; ook: sector die zich met de bijenteelt bezighoudt. Voorbeelden: De sector Bijen van Praktijkonderzoek Plant Omgeving doet praktijkgericht onderzoek voor de sector bijenhouderij en die sectoren waarbij insectenbestuiving wordt toegepast [...]. PPO Sector Bijen richt zich daarbij op toepasbare verbeter...

2024-04-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

bijenteelt

bijenteelt - Zelfstandignaamwoord 1. (veeteelt) het houden van bijen Woordherkomst samenstelling van bij en teelt met het invoegsel -en- Synoniemen imkerij, apicultuur Verwante begrippen imker, honingbij, honingraat

2024-04-29
Encyclopedie van Zeeland

Kon. Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen (1982)

BIJENTEELT

Werd reeds in de vorige eeuw in Zeeland bedreven. Bekend is, dat in die jaren imkers uit Gelderland en Brabant per schip of trein naar dit gewest kwamen om hun volken bij de bloeiende koolzaadvelden te plaatsen. In de Natuurkundige Plaatsbeschrijving van de provincie Zeeland, 1870, p. 84, vermeldde Dr. J.C. de Man ‘dat de bijenteelt hier en d...

2024-04-29
Encyclopedie voor Zelfstudie

drs. L.A. Beeloo (1981)

Bijenteelt

is oeroud. Reeds de oude Egyptenaren bereidden geneesmiddelen uit honing. Drieduizend jaar geleden deed men in India en Griekenland al aan bijenteelt. De Romeinse provincies moesten hun schatting gedeeltelijk in de vorm van honing opbrengen. De Germanen maakten uit honing een bedwelmende drank, de mede. In de Middeleeuwen hield men bijen in uitgeho...

2024-04-29
Encyclopedie van Friesland

Prof. Dr. J.H. Brouwer (1958)

BIJENTEELT

Geschiedenis. Tacitus vertelt niets over bijen bij terpbewoners. Het Romeinse schrijftafeltje van Tolsum is bedekt met door toevoeging van houtskool zwart gemaakte was. Uit de tijd van 700-1000 is bekend, dat op de domeingoederen van Karel de Grote bijenstallen voorkwamen. De Lex Frisionum zwijgt over B. Zo doen ook de Oudfr. wetboeken uit de 13de...

2024-04-29
Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Bijenteelt

Eertijds waren honing en bijenwas onmisbare levensbehoeften, doch naarmate ze door suiker en betere verlichtingsmiddelen werden vervangen, nam de b., die in de zandstreken vroeger zeer algemeen was, af. Door uitbreiding der bevolking ontstond er steeds meer behoefte aan cultuurgronden en verdwenen langzamerhand de boekweit- en heidevelden, die een...

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Bijenteelt

v., het kweken van bijen, opgevat als een bedrijf, inz. tot winning van honing en was.

2024-04-29
Encyclopedie voor Iedereen

John Kooy (1933)

Bijenteelt

→ Imkerij.

Wil je toegang tot alle 13 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-29
Het juiste woord

Dr. L. Brouwers (1928)

Bijenteelt

Werkwoord: bijen houden, imkeren, bijen stokken, - karen (Zn.), een korf snijden, afleggen. Adjectief: zwermrijp. Naamwoord: bijenteelt, apicultuur (..kuituur), bijkerij, bijenrecht, bijenboek, bijenmarkt, zwermtijd, kastenbouw, honiggewin, honigoogst, honigtijd. bijenhouder, bijenboer, bijker, ijmker, imker, honigwinner, ho...