Wat is de betekenis van bezighouden?

bezighouden - Werkwoord 1. (ov) de aandacht afleiden ♢ Hij hield zo de kinderen even bezig. 2. (ov) iets te doen geven ♢ Met alle examens voor de boeg werden de studenten flink beziggehouden. 3. (refl) zich ~ met: tijd en inspanning b...

bezighouden - onregelmatig werkwoord uitspraak: be-zig-hou-den 1. tijd of aandacht in beslag nemen ♢ oom Ton hield ons bezig met goocheltrucjes Onregelmatig werkwoord: be-zig-hou-den ik houd bezig (... ik bezighou...

v.; zich — met, jin bimuoije, ynlitte, ôfjaen mei.

...

(hield bezig, heeft beziggehouden), 1. iemands aandacht in beslag nemen: iem. aangenaam bezighouden; ik zal de agent bezighouden, zijn aandacht afleiden ; ook de vijand bezighouden, hem afleiden; — dit kind weet zich aardig bezig te houden, verveelt zich niet; 2. zich bezighouden, zich ophouden, tijd en kra...

hield bezig, h. beziggehouden (z. bezig 2): iem. aangenaam bezighouden; ik kan me daar nu niet mee bezighouden, tijd aan besteden.

(hield bezig, heeft beziggehouden) 1. bezigheid verschaffen aan : werklieden –. 2. aan de gang houden : de kinderen –. 3. de aandacht afleiden : de vijand –. 4. z i c h –, zijn tijd en krachten wijden aan : zich met iets, iemand –. Syn. →: afgeven (zich).

(hield bezig, heeft beziggehouden), 1. iemands aandacht in beslag nemen: iemand aangenaam bezighouden; de vijand bezighouden, hem afleiden; dit kind weet zich aardig bezig te houden, verveelt zich niet; 2. zich bezighouden, zich ophouden, tijd en krachten aan iemand, iets besteden: zich met iemand bezighouden; 3. (vele handen, werklieden) werk vers...

...