bezadigd
bezadigd - Bijvoeglijk naamwoord 1. bedaard, ingetogen ♢ De opgewonden jongen werd in de loop van de tijd een bezadigde oude en wijze man.
Wiktionary (2019)
bezadigd - Bijvoeglijk naamwoord 1. bedaard, ingetogen ♢ De opgewonden jongen werd in de loop van de tijd een bezadigde oude en wijze man.
Van Dale Uitgevers (1950)
bn. bw. (-er, -st), bedaard, kalm, ingetogen : een bezadigd jongeling ; bezadigd gedrag; — bezadigd optreden, kalm en met overleg.
M. J. Koenen's (1937)
bn., bw. (kalm, bedaard, ook van dat, waaruit bezadigdheid blijkt); een bezadigd man; bezadigd handelen.
Jozef Verschueren (1930)
[zat] bn. en bw. (-er, -st) niet door hartstocht bewogen: een man, gedrag; handelen. Syn.➝ bedaard.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
bn. en bw. (-er, -st), bedaard, kalm, ingetogen: bezadigd gedrag; bezadigd optreden, kalm en met overleg.
J.Pluim (1911)
(ook bezatigd) van ’t werkw. bezadigen en dit van ’t Middelned. saten = zetten, neerzetten, tot rust brengen. Het woord w. d. z.: rustig, kalm. Het is verwant met zitten.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: