Wat is de betekenis van beuling?

2024-04-18
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

beuling

beuling - Zelfstandignaamwoord 1. (voeding) darm gevuld met vleeswaar, worst

2024-04-18
Typisch Vlaams woordenboek

Ludo Permentier en Rik Schutz (2015)

beuling

worst, bloedworst Niet overal is de benaming 'witte pens' ingeburgerd. Er worden ook andere namen gebruikt: witte worst, witte boerenpens, witte beuling. 'Wit' staat dan tegenover 'zwart', de beuling die gemaakt wordt met varkensbloed. (Het Nieuwsblad) Geen Algmeen Nederlands Gangbaarheid: 2 Vlaamsheid...

2024-04-18
Brabants Handwoordenboek

Prof. dr. Jos Swanenberg (2015)

beuling

(zn) worst, Bossche specialiteit BM.

2024-04-18
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

beuling

(de, -en) worst, bloedworst. Als contrast met de klassieke gastronomische ingrediënten gaf ik als hapje vooraf regelmatig een stukje zelfgemaakte beuling of eigen gepekelde hesp. - DM, 07-03-2003.

2024-04-18
Vloeken lexicon

Prof. dr. P.G.J. van Sterkenburg (1997)

beuling

De eigenlijke betekenis van dit woord is ‘ingewanden’. In Gallitalo’s vertaling van Alle de geestige Werken [1682] van François Rabelais komt de bastaardvloek gans bloed beulingen darmen voor. Zweren bij lichaamsdelen van God was niets ongewoons. Dus ook niet ‘bij Gods bloed, ingewanden en darmen&...

2024-04-18
Encyclopedie van Noord Brabant

Anton van Oirschot (1985-1986)

BEULING

Ook bloedbeuling en bakleverworst genoemd. Slachtgerecht uit Oost-Brabant, bereid uit: varkenslever, -hart, -nieren, tarwemeel met zemelen, gruttenmeel, kaantjes of spek, nagelgruis, zout en peper.

2024-04-18
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Beuling

m. (-en), 1. (gew.) ingewanden van vis, ook (Zuidn.) van andere dieren; 2. (volkst.) worst, meest in samenst.: bloedbeuling e.d.; 3. wat op worst gelijkt; verdikking in de staartriem van een paard; — (scheepsbouw) ronde lijst, b.v. tussen het rahout en de zetgang; — (bouwk.) halfcirkelvormig profiel, wrong, rondstaaf.

2024-04-18
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

beuling

m. beulingen, beulinkje (worst; Z.-N. ingewanden van dieren).

Wil je toegang tot alle 16 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-18
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

beuling

('beuling) m. (-en; ...linkje) [Lat. botulus, worst] 1. Eig. Gew. ingewand van een dier. 2. Metn. gekruide worst : witte, zwarte, vette -. Syn. saucijs, worst.