Wat is de betekenis van Bestedingsbeperking?

2025-07-17
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

bestedingsbeperking

(1957) (euf.) bezuiniging, besparing. • Drie millioen minder voor de Rijkswegen Blijkens de Millioenennota zal de begroting- 1958 van Verkeer en Waterstaat — als gevolg van de bestedingsbeperking — ten aanzien van de Rijkswegen, tunnels, bruggen etc. een lager bedrag vertonen dan in 1957. (De Kampioen okt 1957) • Ik weet niet...

2025-07-17
Jargon & Slang van Politici

Marc De Coster (2017)

Bestedingsbeperking

Bestedingsbeperking - eufemisme voor overheidsbezuiniging. De term werd eind 1956 gelanceerd door de Nederlandse regering.

2025-07-17
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Bestedingsbeperking

v. (-en), overheidsmaatregel om de uitgaven van een economie, die ten gevolge van de hoogconjunctuur te sterk zijn gestegen, weer in overeenstemming te brengen met de produktiecapaciteit. Bestedingsbeperking is dus een tijdens de hausse gevoerde conjunctuurpolitiek, die staat tegenover de in de depressie veelal noodzakelijke bestedingsverruiming. D...

2025-07-17
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)