Wat is de betekenis van baaidag?

2024-04-27
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

baaidag

stranddagje. dag waarop iemand of een groep personen ter ontspanning naar het strand gaat; stranddagje. Voorbeelden: Teleurgesteld waren ze wel, maar bijna iedereen heeft er toch maar wat leuks van gemaakt. Door het slechte weer op Banda Bou, vrijdag 2 oktober, is Radulphusdag aan de baai van Cas Abou afgelast [...]. Zo is onze verre...

2024-04-27
Antiliaans woordenboek

Nicoline van der Sijs

baaidag

(ANW; Dikke Van Dale; GB) voor Europees-Nederlands stranddag; in het Antilliaans Nederlands wordt baai ‘inham van de zee in het land, zeearm’ ook gebruikt in de betekenis ‘strand’ (Joubert 1999).