Wat is de betekenis van avance?

avance - Zelfstandignaamwoord 1. poging tot toenadering 2. voorschot 3. (verouderd) voordeel, winst Woordherkomst van het Franse woord avance

voordeel. Da’s geen avance (Daar schieten we niets mee op).

- dat is geen avance, dat helpt niet, daar schiet je niks mee op. - in avance, van tevoren.

[Fr., van avancer = vooruitgaan; avant = voor, van Lat. ab = vanaf, en ante = voor] 1 iets wat vóór de vastgestelde tijd wordt gedaan, spec. vooruitbetaling; (beurst.) koersstijging; 2 avances maken, eerste stappen doen tot verzoening of toenadering, spec. in laatste...

toenaderingspoging; voordeel; voorschot; koersstijging

(Fr.), v. (-s), 1. voordeel, winst; 2. voorschot; (Zuidn.) op avance, op voorhand; 3. avances doen, maken, de eerste stappen doen, toenadering zoeken om tot een overeenkomst te komen of betrekkingen aan te knopen.

m. vooruitgang; voorschot.

Fr. v. avances: avances doen, maken, de eerste stappen doen tot verzoening, toenadering enz.; Z.-N. spreekt, op avance, op voorhand; Z.-N. ‘t is geen avance, vergeefse moeite.

Avance - in den handel, een bedrag, dat men te goed heeft. In den effectenhandel is het iedere koersstijging. Bij uurwerken op den regulateur duidt a. de richting tot een versnelden loop aan, in tegenstelling met r e t a r d.