afsnauwen
...
Wiktionary (2019)
afsnauwen - Werkwoord 1. (ov) iemand op geïrriteerde toon kortaf antwoorden ♢ Zit me toch niet zo af te snauwen, joh! Woordherkomst samenstelling van af(bijwoord) en snauwen(werkwoord)
Van Dale Uitgevers (1950)
(snauwde af, heeft afgesnauwd), (iem.) snauwend van zich afstoten, op norse of bitse toon kortaf antwoorden of bejegenen en daardoor hem de lust benemen om verder te spreken of te naderen (scherper en vinniger dan af grauwen): als hij hen bespotte en afsnauwde, was het met de hooghartigheid van een meerdere.
J.H. van Dale (1898)
(snauwde af, heeft afgesnauwd), (iem.) snauwend van zich afstooten, op norschen of bitsen toon kortaf antwoorden of bejegenen en daardoor hem den lust benemen om verder te spreken of te naderen, (scherper en vinniger dan afgrauwen): als hij hen bespotte en afsnauwde, was het met de hooghartigheid van een meerdere.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: