Affectie wordt ook wel genegenheid genoemd. Affectie kan zich uiten in liefde, maar ook in vriendschap of verering. Affectie komt van het Latijnse 'ad facere', wat 'iets met iemand doen' betekent. Met affectie wordt meestal niet gedoeld op de liefde tussen twee personen die een relatie hebben. Bij affectie gaat het meer om de gevoelens van liefde tussen mensen met een platonische relatie, zoals de liefde die er tussen een ouder en een kind is. Soms wordt er gesproken over 'the public display of...

affectie - Zelfstandignaamwoord 1. genegenheid, liefde ♢ Knuffelen en affectie tonen. 2. (medisch) aandoening ♢ Voor longaffectie is een snelle diagnose en stoppen met methotrexaat noodzakelijk. Woordherkomst via het Franse affection en het Latijnse affectionem van affectio Naamwoord van handeling van affecteren met het achtervoegsel -ie Verwante begrippen affect, affectiviteit...

Gevoel van genegenheid.

Affectie is de lijdende toestand van een persoon of zaak tegenover eene werking van buiten. Doorgaans echter beteekent dat woord eene zekere toegenegenheid, welke sterker is dan gunst en minder sterk dan liefde. Ook de geneesheeren spreken van affectie in den zin van aandoening (aangedaanheid), bij voorbeeld van eene affectie van de maag, waarbij niet bepaald wordt, wat in dat ingewand verholpen moet worden of welk kwaad er schuilt.

AFFECTIE, v. genegenheid, kunst, welwillendheid, liefde; — in affectie nemen, bijzonder met iets ingenomen raken.

affectie - zelfstandig naamwoord uitspraak: af-fec-sie 1. warm gevoel voor iemand waar je van houdt ♢ ik voel veel affectie voor dat kind Zelfstandig naamwoord: af-fec-sie de affectie Synoniemen genegenheid, liefde, love Tegenstellingen haat

affectie - affec'tie (affektie) [Fr. affection], v. (-s), 1. genegenheid, gunst; ingenomenheid, liefde; in — nemen, bijzonder met iets ingenomen raken; 2. het aangedaan-worden, en (concr.) aandoening, zowel in fysiologische als psychologische zin gebruikt.

affectie - v. gmv. genegenheid, gunst, welwillendheid, liefde