Wat is de betekenis van afborstelen?

2024-04-30
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

afborstelen

met een borstel reinigen. met een borstel schoonmaken; met een borstel reinigen. Voorbeelden: Gewoon afborstelen is ongetwijfeld de eenvoudigste vorm van mechanisch reinigen. De Standaard, 1996

2024-04-30
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

afborstelen

(19e eeuw) (Vlaanderen, inf.) stevig afranselen, een geducht pak slaag geven. Een 'afborsteling' is een pak slaag. • (Philippe Olinger: Nieuw Fransch en Nederduitsch woordenboek. 1859) • Afbörstelen, Fig. Aframmelen, een pak slagen geven. (Ook 111 Brab. en VI., z. Sch.) Ze hebben 'em daar is goed afgebö(r)steld. (Jozef Cornelis...

2024-04-30
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

afborstelen

afborstelen - Werkwoord 1. (ov) een pak of ander kledingstuk van aanklevende haren of stof ontdoen met een borstel Dat pak is nog niet afgeborsteld. Woordherkomst samenstelling van af(bijwoord) en borstelen(werkwoord)

2024-04-30
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Afborstelen

v., ôfboarstelje.

2024-04-30
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Afborstelen

(borstelde af, heeft afgeborsteld), 1. met een borstel wegnemen (stof, vuil enz.), of schoonmaken, reinigen (klederen, schoenen, meubels, een paard); iem. af borstelen, nl. zijn kleren; zich (zelf) af borstelen, zijn eigen kleren schoonborstelen; — 2. (fig.) iem. afborstelen, hem duchtig doorhalen, hem de mantel uitvegen...

2024-04-30
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

afborstelen

('av) (borstelde af, heeft afgeborsteld) 1. door borstelen wegnemen : het stof van een kleed -. 2. door afborstelen reinigen : een kleed -. 3. afrossen : iemand -. 4. duchtig doorhalen : iemand -. afborsteling v. (-en).

2024-04-30
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

afborstelen

afborstelen - af'borstelen, (borstelde af, heeft afgeborsteld), 1. met een borstel wegnemen (stof, vuil enz.), of schoonmaken, reinigen (klederen, schoenen, meu- bels, een paard); iemand —, hem de mantel uitvegen; (ook) hem afrossen.

2024-04-30
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-30
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Afborstelen

AFBORSTELEN (borstelde af, heeft afgeborsteld), met een borstel wegnemen (stof, vuil enz.), of schoonmaken, reinigen (kleederen, schoenen, meubels, een paard); — iem. afborstelen, zijne kleeren schoonmaken; — zich zelf afborstelen, zijne eigen kleeren schoonmaken; — (fig.) iem. afborstelen, hem duchtig doorhalen, hem den mantel...