Wat is de betekenis van aardbol?

2024-03-19
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

aardbol

aardbol - Zelfstandignaamwoord 1. aarde 2. globe Woordherkomst samenstelling van aard en bol Synoniemen globe Verwante begrippen aarde

2024-03-19
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

aardbol

aardbol - zelfstandig naamwoord uitspraak: aard-bol 1. wereldbol waar wij op wonen ♢ op deze aardbol wonen al miljarden mensen 2. nagemaakte wereldbol waar je landen en werelddelen op kunt zien ...

2024-03-19
Woordenboek Nederlandse termen van Bibliotheek en documentaire informatie

dr. P.J. van Swigchem en E.J. Slot (1990)

aardbol

zie: aardglobe.

2024-03-19
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

aardbol

die aarde; bol waarop dit afgebeeld is.

2024-03-19
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Aardbol

s., ierdbal, -bol.

2024-03-19
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Aardbol

m. (-len), 1. de planeet die wij bewonen, de wereld ; 2. aardglobe.

2024-03-19
Encyclopedie voor Iedereen

John Kooy (1933)

Aardbol

overblijvende plant, die hij de gekweekte soorten (in Ned. hoofdzakelijk te Beverwijk, Zwijndrecht, het Westland, Aalsmeer, Breda) echter na 3 of 4 jaren wegens verminderde vruchtopbrengst wordt opgeruimd. De „vrucht" is in werkelijkheid de uitgegroeide bloembodem. Kweek zoowel in den vollen grond als onder glas. In 1932 werd op alle vei...

2024-03-19
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

aardbol

('a:rd) m. (-len) I. Eig. 1.de aarde als bolvormig lichaam: een reis om de doen 2. Uitbr. hemellichaam, gelijksoortig met de aarde II. Metf. beeltenis der aarde, aardglobe : een metalen -.

2024-03-19
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

aardbol

aardbol - aard'bol, m. (-len), 1. de planeet die wij bewonen, de wereld; 2. aardglobe.

2024-03-19
Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Aardbol

Aardbol - Zie AARDE.

2024-03-19
Vivat's Geïllustreerde Encyclopedie

J. Kramer (1908)

Aardbol

zie Aarde.

2024-03-19
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Aardbol

AARDBOL, m. de planeet die wij bewonen; de oppervlakte der aarde; — (-len), hemellichaam, gelijksoortig met de aarde; — aardglobe.

2024-03-19
Handwoordenboek van Nederlandsche synoniemen

J.V. Hendriks (1898)

Aardbol

zie Aarde.