overblijvende plant, die hij de gekweekte soorten (in Ned. hoofdzakelijk te Beverwijk, Zwijndrecht, het Westland, Aalsmeer, Breda) echter na 3 of 4 jaren wegens verminderde vruchtopbrengst wordt opgeruimd. De „vrucht" is in werkelijkheid de uitgegroeide bloembodem.
Kweek zoowel in den vollen grond als onder glas. In 1932 werd op alle veilingen in Ned, 2 781 04 4 kg aangevoerd (opbrengst f 456 318,—); 1927: 3 652 400 kg (opbrengst f 1 196 400,—).