Wat is de betekenis van Aankoppelen?

...

(koppelde aan, heeft aangekoppeld), 1. (dieren) door middel van een koppel aan elkander vastbinden: de jachthonden aankoppelen; 2. door in elkaar sluitende delen verbinden: spoorwagons aankoppelen ; 3. (delen ener machine) met een bewegend deel verbinden om ze zo mede in beweging te brengen, inschakelen.

aankoppelen - Werkwoord 1. (ov) ~ aan een scharnierende verbinding tot een ander bewegend deel of voertuig tot stand brengen ♢ De wagons werden aangekoppeld aan de locmotief. Woordherkomst samenstelling van aan(voorzetsel) en koppelen(werkwoord)

Het aanhaken van een trailer aan een trekker of van een aanhangwagen aan een vrachtwagen. Bron: Definities wegvervoerenquête verkeer en vervoer over de weg, CBS.

Dieren aan elkaar vastbinden.

koppelde -, h. -gekoppeld (twee dingen of meer, b.v. wagons, dieren door een koppel verbinden): nog drie wagons -.

('a:n) (koppelde aan. heeft aangekoppeld) 1. aan elkaar verbinden : het vee, wagons -. 2. Werkt, met het bewegend deel van een machine verbinden : een pomp -. Tgst afkoppelen.

aan'koppelen (koppelde aan, heeft aangekoppeld), 1. (dieren) door middel van een koppel aan elkaar vastbinden: de jachthonden —; 2. door in elkaar sluitende delen verbinden: spoorwagens 3. (delen van een machine) met een bewegend deel verbinden om ze zo mede in beweging te brengen.

Aankoppelen - (koppelde aan, heeft aangekoppeld), (dieren) aan elkander vastbinden; (fig.) paren, door allerlei middelen een huwelijk tot stand brengen; (deelen eener machine) ze met een bewegend deel verbinden om ze zoo in beweging te brengen. AANKOPPELING, v. (-en).