Aaloud
bn., (dicht.) zeer oud, overoud. AALOUD'HEID, v.
M. J. Koenen's (1937)
aloud, bn. vero. (zeer oud, soms met de bijbet. van voortreffelijk); de -e zeden; -heid, v. (hoge oudheid).
Dr. C.H. PH. Meijer (1919)
zeer oud; uit oud met een versterkend voorvoegsel aal, go. ala, gelijk in bet. met al, go. all. Het is wel eens verkeerdelijk afgeleid van een nietbestaand adeloud, en daarom aëloud, en zelfs adeloud geschreven.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: